- oproepen
- {{oproepen}}{{/term}}1 [ontbieden] appeler⇒ convoquer ⇒ 〈juridisch〉citer ⇒ 〈leger〉mobiliser2 [aansporen] appeler (à)3 [om contact verzoeken] appeler (au téléphone)4 [in de geest te voorschijn roepen] évoquer ⇒ 〈m.b.t. gevoel, idee〉susciter5 [uitlokken, opwerpen] soulever6 [Algemeen Zuid-Nederlands][wekken] réveiller♦voorbeelden:1 iemand oproepen voor een examen • convoquer qn. à un examen4 het oproepen • l'évocation 〈 〈v.〉〉5 dat bericht roept enige vragen bij me op • cette nouvelle soulève en moi quelques questions
Deens-Russisch woordenboek. 2015.